Meer aandacht nodig voor ‘strip- en omkatfabrieken’
11 mei 2022
Bureau Beke heeft in opdracht van het Politie en Wetenschap verkennend onderzoek gedaan naar ‘strip- en omkatfabrieken’. Een fenomeen waarbij gestolen auto’s in luttele uren tijd in loodsen, garageboxen en garagebedrijven uit elkaar worden gehaald en een compleet andere identiteit krijgen. Voor losse onderdelen is er een grote markt.
De conclusie in het rapport is dat de aanpak van deze georganiseerde voertuigcriminaliteit nu niet de aandacht krijgt die het verdient. ‘De regie moet beter’, stellen de onderzoekers van Bureau Beke.
Nieuwste modellen populair
De nieuwste modellen van BMW, Volkswagen, Mercedes, Audi, Renault en Porsche zijn het meest geliefd en worden op bestelling gestolen. De onderdelen gaan naar criminele groothandels, van waaruit producten in heel Europa worden verkocht. De politie treft in loodsen en garagebedrijven meer dan eens omgekatte auto's en honderden auto-onderdelen aan, zoals motorblokken, deuren, boordcomputers en spiegels. Deze "fabrieken" zijn voornamelijk te vinden in kleinere dorpen. Kleine groepen mannen, vaak familie van elkaar, tussen de 30 en 50 jaar zijn meestal betrokken bij dit soort activiteiten.
Een ander onderzoeksresultaat is dat niet alle gestolen auto's worden verhandeld. Gestolen auto’s worden ook ingezet bij liquidaties en ram- en plofkraken. De onderzoekers concluderen dat in bijna elk dossier dat gaat over zware criminaliteit, van gewapende overvallen tot liquidaties, zeker een gehuurd of gestolen voertuig opduikt.
Politie en justitie weten weinig van deze vorm van criminaliteit. De wel aanwezige kennis wordt nauwelijks gecoördineerd. Een strip- en omkatfabriek wordt vaak per toeval ontdekt of na een (anonieme) tip. De Stichting Aanpak Voertuigcriminaliteit, waarin private en publieke partners samenwerkten, bestaat helaas al een aantal jaren niet meer en dat is een gemis.
Het complete onderzoek is te downloaden op de site van Politie en Wetenschap. De infographic via de site van Bureau Beke.